Er is wel wat goeds te zeggen over deze voorstelling, maar het negatieve gevoel overheerst. Een gewei voor het toegankelijk maken van de drie zusters en een gewei voor Lien en Xander. De voorstelling beklijft niet. Niet bij het publiek en ook niet bij de meeste acteurs. Hoewel de actrices de juiste leeftijd hebben (de actrices zijn ongeveer even oud als de personages in het stuk), lijken ze niet ‘het grote verlangen’te kunnen overdragen. Lien de Graeve slaagt er pas na de pauze in. Voor de rest van het stuk blijft alles bij iedereen aan de oppervlakte drijven. Misschien moet de voorstelling nog ‘zakken’? Wat de regie betreft: het stuk is qua beeld zeer eentonig. Meneer Croiset heeft zijn creativiteit niet volledig kunnen uiten in deze voorstelling. Jammer, mijn verwachting was hoog gespannen. ‘Cum laude’ studenten (dit bestaat overigens niet op toneelscholen, maar dit geheel terzijde) verdienen beter!
Wat is een beter einde? Oud en eenzaam sterven, zonder familie en vrienden in je laatste uren om je heen, of die uurtjes doorbrengen met de twee gezellige eigenaressen van het hotel waarin je logeert, onder het genot van een glaasje vlierbessenwijn? Die vraag stellen zich de zusters Abby en Martha, en komen tot de conclusie dat de laatste mogelijkheid verre te prefereren is boven de eerste. Hun neef Teddy, die ze vanwege zijn labiliteit niet alleen kunnen laten wonen, hebben ze bij zich in huis genomen. Hij zorgt voor de graven in de kelder, waarna de zusters hun slachtoffer met een niet meer dan gepaste eredienst ter aarde bestellen.
Wanneer hun andere neef Mortimer Brewster, toneelcriticus tegen wil en dank, bij hen aanklopt, zijn ze zeer blij verrast, temeer daar hij hen zijn vriendin voorstelt, met wie hij aankondigt binnenkort te willen gaan trouwen. Wanneer allen zich te bed willen begeven, ontdekt Mortimer een lijk, verborgen in de vensterbank. Wanneer hij de dames dit meldt, vertellen ze hem doodgemoedereerd over hun macabere ”liefdewerk”. Wat Mortimer ook probeert, hij kan hen niet aan het verstand brengen dat wat ze doen ethisch verkeerd is.
Om zijn tantes te vrijwaren van schuld, wil hij Teddy laten opnemen in een gesticht met de moorden als argument, en op pad gaat voor een bewijs van opneming, valt zijn lang genegeerde broer Jonathan het huis binnen. Voor dat negeren is een hele goede reden: hij is een gezochte moordenaar. Samen met de plastisch chirurg Hermann Einstein is hij de halve wereld over gereisd met een lijk in de kofferbak (een slachtoffer van de praktijken van de dokter). Nu willen ze hun praktijk voortzetten in het huis van de tantes, en terloops Jonathan ook een mooier gezicht geven, wat tot nu toe steeds mislukt is.
Het stuk was een genot om naar te kijken, ondanks het soms verwarrende plotverloop. Er is een goede balans gevonden tussen thriller en komedie, al slaat dat laatste wel vaak door naar kolder en absurdisme, voor mij absoluut geen bezwaar. Het zijn vooral de tantes en de plastisch chirurg die de show stelen, omdat de acteurs volledig opgaan in hun personages, waarbij vooral Marnix Kappers (ik meen dat hij de chirurg speelt) helemaal losgaat, en met een zeer overtuigend, want accentloos Duits op de proppen komt. Daarnaast is hij het ook, die het meest zijn diversiteit kan laten zien, omdat hij maar liefst drie, totaal verschillende, rollen speelt (naast dokter Einstein zijn dat een dominee en een politie-inspecteur), die alle worden neergezet zonder een spoor van de acteur.
Wouter ten Pas als Mortimer Brewster speelt nogal geforceerd, hoewel hij ook enkele ingetogen moment heeft. Hetzelfde geldt voor Hans Breetveld in de rol van Jonathan, die hoewel nauwelijks gemaakt overkomend, toch het kunstje laat zien waarvan we weten dat hij het beheerst: veel geschreeuw en weidse gebaren – hij speelt een gewetenloze moordenaar, maar hij is het niet. Al moet wel gezegd worden, dat zijn ”handicap”, een hazenlip goed gebruikt is voor het stuk: hij heeft hem te danken aan een mislukte operatie van dokter Einstein.
Maar Alyt Damstra als de vriendin van Mortimer stelt ronduit teleur, en dat ligt niet alleen aan haar. Haar personage heeft simpelweg te weinig vlees, en krijgt bovendien veel te weinig te doen, om echt te kunnen boeien. Mortimer vraagt haar ten huwelijk (ze is dolblij), wijst haar af omdat hij Teddy opname moet regelen en zijn broer van zich af moet houden (ze is doodongelukkig) en stemt weer toe in een huwelijk als alles voorbij is (ze is weer één en al euforie). Ze is als slachtoffer van de omstandigheden een decorstuk, en is als zodanig totaal overbodig. Damstra probeert wel wat te doen met hetgeen ze heeft, maar krijgt er geen kans toe. Laus Steenbeke mag weer lekker maf doen als de prettig gestoorde Teddy, maar krijgt ook weinig anders te doen dan wat rondrennen, en (wanneer hij denkt dat hij een gepensioneerde generaal is) op zijn trompet blazen. Wat in dit verband ook vreemd is, is dat al zijn personificaties personen zijn, die pas in de toekomst een belangrijke rol gaan spelen. Het waarom hiervan wordt niet duidelijk.
Het decor verdient een speciale vermelding. Het zorgt, samen met de muziek, en zelfs zang (een eredienst voor de doden aan het begin en het eind) voor een intense, grimmige atmosfeer. Het exterieur (een kerkhof) ziet er zeer echt uit, al is het waarschijnlijk niet meer dan een projectie.
Tenslotte moet het nog gezegd, de voorstelling was en try-out, maar dat was niet te merken. Alles liep vloeiend. Hoogstens struikelde er eens iemand over de tong, maar dat gebeurt in het echte leven ook. Het gesprek ging dan gewoon weer verder.
Al met al toch één van de betere stukken die ik zag. Ondanks zwakheden beslist de moeite waard!
Zijn al die recensies voor deze voorstelling door de spelertjes en hun familie zelf geschreven?
Een wat late reactie, maar wegens drukte kom ik nu pas toe aan mijn reactie op de meeuw van de paardenkathedraal en Utrechts talenten de ponies.
Laat ik maar meteen met de deur in huis vallen: ik vond het een steengoeie voorstelling. Een levendige, slim geregisseerde voorstelling die de Ponies de ruimte gaf om de tekst af te tasten in woord en gebaar. Als ik met 1 woord moet beschrijven wat ik heb gezien is het vrijheid. De vrijheid om de thematiek onderuit te halen en weer te omarmen, de vrijheid om te schmieren en dan weer in te houden, al naar gelang waar het moment om vraagt. En dan wil het wel eens gebeuren dat de plank wordt misgeslagen, wat ik niet heb gezien overigens, maar veel andere criticasters wel.
De meeuw via de inhoud een ode aan de vorm, via de vorm een ode aan de inhoud. Eindelijk een voorstelling die zichzelf en het zeikerige uitgebluste theaterlandschapje Nederland oversteigt, en met klote en verve iets neerzet om nog lang over na te praten en te denken (hence deze late reactie).
Het theater moet leven, en dat doet de Meeuw, hulde daarvoor!
Ik houd 1 gewei achter, en ik weet eerlijk gezegd niet waarom, wellicht omdat ik benieuwd ben naar meer: MEER!
Twee vrienden, twee kunstenaars. De een altijd al mislukt, de ander heel succesvol, maar nu even in een dip. De succesvolle deed het met de vrouw van de mislukte, maar die is nu dood, die vrouw. Na twintig jaar zien ze elkaar weer, want de mislukte komt onverwacht op bezoek. De mislukte die zijn hoop op erkenning al lang heeft opgegeven, maar die na al die tijd zijn afgunst nog steeds niet kan verbergen, heeft een dochter van zeventien. En ja hoor, de succesvolle komt uit zijn dip, want daar gloort een nieuwe muze. En ja hoor, de mislukte is een opportunist en laat het gebeuren. Het is natuurlijk geen straf om anderhalf uur lang naar Mark Rietman te kijken en te luisteren. Integendeel. Maar ik heb hier niks mee. Met dat relatiegedoe en met die afgunst, met die afgezaagde zieleroerselen en dat voorspelbare plot. Vakkundig gemaakt, goed geacteerd. Maar zonder schoonheid, zonder verrassing, en vooral zonder ook maar enige relevantie.
‘t Is allemaal al gezegd.
Iwein: “mensen ga kijken, zoiets zie je in jaren niet!”. Ik heb zijn raad opgevolgd en hij heeft helemáál gelijk. Hooguit één keer per seizoen “sta ik recht” bij het applaus, en nu al heb ik mijn rantsoen voor 07/08 moeten gebruiken.
En mooser Jeanine heeft ook gelijk: de muziek, de muzikanten, het geluid is ook perfect, fantastisch.
En zelfs de kritiek van Eswe deel ik: Anton en Cleo slagen er nog bijna in de zaak in het laatste half uur te verzieken.
Maar de voorafgaande ruim vijf uur verdienen niet dat het eindoordeel met een tomaat besmeurd wordt. Ons kleine gezelschap vond het kortom: gewéldig.
Zo op het eerste gezicht zou je het niet zeggen maar dit stuk gaat over de onvoorwaardelijke liefde tussen man en vrouw. Ik ben zelden zo ontroerd geweest.De combinatie van tekst (in twee talen) en muziek was zo mooi en zorgvuldig gekozen dat ik er kippevel van kreeg.
Het spel van Sabri Saad was pakkend; hij hield het publiek in de ban van het stuk, waar een vrouw uit liefde voor haar man de zwarte plek binnen in hem zocht. Er zit zeker geen zwarte plek in het spel van Sabri Saad El Hamus.
M.S
Comfortabel liggend kijk ik naar de twee acteurs boven me. Ik luister naar de stemmen van actrices die door de acteurs worden geplaybackt. Stem en lichaam, beeld en tekst, zijn losgekoppeld, en met hun spel, met hun lichaamstaal, brengen de mannelijke acteurs vrouwenstemmen tot leven. Dat werkt heel goed. Maar er gebeurt meer. Al bij de begindialoog tussen madame De Merteuil en graaf Valmont zie ik ook Glenn Close en John Malkovich voor me uit de verfilming van Les Liaisons Dangereuses uit 1988. Dat vind ik niet erg, dat leidt niet af, het voegt toe. Het ritme van de voorstelling biedt die ruimte. Vooral door de stem van Katelijne Damen komen ook herinneringen aan de Proustvoorstellingen van Guy Cassiers bij me boven. Beelden die al in mijn hoofd zitten, natuurlijk niet toevallig die beelden, blijken heel goed in de voorstelling te passen. Het moet mogelijk zijn nog een stap verder te gaan. Een voorstelling dus die bijna uitsluitend gebruik maakt van de eigen herinneringen van de toeschouwers. Ik zie het al helemaal voor me.
Tja een zwaar gesponsorde voorstelling waarbij publiek gratis aanwezig mocht zijn…. de verwachtingen waren niet hoog gespannen… Volstrekt ten onrechte Wat een fraai stuk toneel met dito spelers.. Lof !!!
En de sponsoring??? Die heeft gewerkt.. morgen ga ik een pak kopen bij Suit Supply
Aldus…
Na 2 uur genieten van ijzersterke teksten, vormgeving en spel ervaarde ik in de stilte nadat ‘het doek was gevallen’ een onbehaaglijk gevoel veroorzaakt door geconfronteerd te zijn geworden met het feit dat de lopende band van hebzucht, egotripperij, nihilisme en simpelweg onverschilligheid, ook na de voorstelling doordraait: dat onze wereld ten onder gaat, niet aan rampen, maar aan de onverschilligheid t.o.v. de oorzaken van die rampen.
Betekent dit dat het een deprimerende, sombere voorstelling was?
Integendeel. Vol humor, spanning en verassende vormgeving werden we meegenomen in een verhaal dat met vaart scheerde langs dramatische thema’s zoals (beurs)gokverslaving, terrorisme, verwaarloosde kinderen, vreemdgaan en vervreemding. De dreiging van wat allemaal mis kan gaan, en in wezen allang mis is, werd niet op soapwijze uitgewerkt maar bleef de spanning vasthouden door de intelligente teksten, de heldere regie en het knappe acteerwerk van de 5 acteurs die mooi schakelden tussen grotesk en naturel spel. Juist het eerst meegenomen worden door scherpe, geestige teksten en subliem spel deed de uiteindelijke confrontatie met de boodschap van Marijke Schermer hard en schrijnend aankomen. Op deze wijze toont zij dat theater maatschappelijk een noodzakelijke functie heeft.